Immateriële vaste activa

Tabel 157

(bedragen × € 1.000)

Stand per 31-12-2021

Herrub-ricering

Vermeer-deringen

Vermin-deringen

Bijdragen derden

Afschrij-vingen

Vrijval

Stand per 31-12-2022

- Kosten onderzoek en ontwikkeling van een bepaald activum

1.688

-1.562

1.064

0

0

133

0

1.057

Voorziening voorbereidende kosten voor grondexploitaties

-1.120

0

-323

0

0

0

-670

-773

Bijdragen aan activa in eigendom van derden

56.746

2.001

536

0

2.423

51.533

0

5.326

Totaal Immateriële vaste activa

57.314

439

1.277

0

2.423

51.667

-670

5.611

Onder 'Kosten van onderzoek en ontwikkeling van een bepaald activum' worden voorbereidende kosten van grondexploitaties geboekt. De kosten moeten aan de volgende voorwaarden voldoen:

  1. de kosten passen binnen de kostensoortlijst Besluit ruimtelijke ordening (Bro);

  2. de kosten blijven maximaal vijf jaar geactiveerd staan; daarna moet het een actieve grondexploitatie worden of afgeboekt worden ten laste van het jaarresultaat;

  3. plannen tot ontwikkelingen van grond waarvoor voorbereidingskosten gemaakt worden, hebben bestuurlijke instemming, blijkend uit een besluit.

De kosten van de voorbereidende grondexploitaties bedroegen € 1,064 miljoen. De herrubricering betreft met name kosten Stadscentrum Hoofddorp.

De voorziening voorbereidende kosten voor grondexploitaties is met € 0,347 miljoen afgenomen. Dit heeft betrekking op de voorbereidende grondexploitaties van Tennislocatie en Badhoevedorp Centrum Noord. Daarnaast is van de voorbereidende grondexploitatie Stadscentrum Hoofddorp de voorziening vrijgevallen. Deze vrijval bedraagt € 0,670 miljoen.

Bij de bijdragen aan activa in eigendom van derden betreft de herrubricering van € 2,001 miljoen kosten van HOV Westtangent, deze waren onder materiële vaste activa opgenomen. Ook de bijdrage derden van € 2,423 betreft HOV Westtangent.

In september 2022 heeft de commissie BBV een uitspraak gedaan over het activeren van bijdragen in activa van derden. De commissie heeft expliciet gesteld dat activeren van een bijdrage in activa van derden niet mag als deze derden geen afschrijvingstermijnen hanteert. Dit is een aanscherping van artikel 64, lid 6 van het BBV. Dat is het geval als er een bijdrage aan het Rijk wordt gedaan. Doordat het Rijk werkt met het kasstelsel worden investeringen in één keer gedekt. Deze uitspraak is van toepassing op de bijdrage aan de omlegging van de A9 die wij aan het Rijk betaald hebben. Gezien de nieuwe uitspraak van de commissie moeten we in 2022 de restantboekwaarde van de bijdrage in de omlegging van de A9 in één keer ten laste van de exploitatie brengen. De raad heeft hierover in de Najaarsrapportage 2022 besloten. Onder de afschrijvingen is dan ook een bedrag van € 51,054 miljoen opgenomen met betrekking tot de bijdrage in de omlegging van de A9.