Sinds de invoering van het abonnementstarief (2019) is de eigen bijdrage niet meer inkomensafhankelijk. Hierdoor innen we een lager bedrag aan eigen bijdrage.

Er is voor € 445.000 meer gebruik gemaakt van de regeling voor de continuïteitsbijdrage en de meerkosten dan eerder verwacht. Daarnaast is de stijging van de extra kosten als gevolg van de coronamaatregelen, voornamelijk de Jeugdzorg, zoals eerder genoemd in de Voorjaarsrapportage 2020 en de Najaarsrapportage 2020 bij de jaarrekening verder toegenomen met € 322.000.

Als gevolg van de coronacrisis is de reisbehoefte onder inwoners aanzienlijk gedaald. Tijdens de eerste lockdown periode is het aantal ritten gedaald naar ongeveer 12% ten opzichte van het reguliere aantal ritten. De tweede helft van het jaar lag dit percentage tussen 50 en 60%. Landelijk is afgesproken om tot 1 juli 2020 vervoerders tot 80% van de reguliere omzet te compenseren. Vanaf 1 juli 2020 is het aan gemeenten en vervoerders om passende compensatie-afspraken te maken. Tot 1 september is het nieuwe normale peil voor de vervoerscapaciteit op 80% gesteld. Voor de periode van september 2020 tot en met november 2020 is deze verder verlaagd naar 70% en in december naar 60%. De realisatie van de uitgaven valt hierdoor lager uit.

De tegemoetkoming voor kinderopvang om sociaal medische redenen (SMI) is sinds 2019 geen bijzondere bijstand meer. De doelgroep voor de tegemoetkoming is daarmee vergroot. Ook ouders zonder minimuminkomen kunnen voor de tegemoetkoming in aanmerking komen.

Bij de baten zijn de vorderingen opgenomen in verband met de verstrekkingen van leningen bedrijfskapitaal Tozo en vorderingen in verband met verstrekte voorschotten Tozo. Daarvan is een dotatie in de voorziening opgenomen in de lasten waardoor het resultaat neutraal is. Het resultaat is neutraal behalve bij de Tozo bedrijfskapitaal. Daarbij is de dotatie voorziening voor leningen Tozo bedrijfskapitaal lager dan de totale vordering.

Dit betreft een vrijval voor de vorderingen Bbz (Schuld aan het Rijk, oude regeling Bbz). Dit betreft twee bedragen (2019 en 2020) die ten gunste vallen in 2020.

Er is voor het Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) meer teruggevorderd dan begroot.

De verslagleggingsregels vereisen een dotatie in de voorziening voor zowel de verlening kapitaalverstrekking als voor de verstrekking van de voorschotten. Bij de baten zijn vorderingen van gelijke waarde voor beide posten opgenomen, dit betekent dat het resultaat neutraal is. Het totaal beschikbare budget Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) is als volgt besteed: 4.504 uitkeringen levensonderhoud, 343 leningen bedrijfskapitaal, voorschotten en uitvoeringskosten.

De uitgaven aan minimaregelingen zijn op een lager niveau uitgekomen dan verwacht. De verwachte aanwas op basis van de coronacrisis heeft vooralsnog niet plaatsgevonden. In 2019 zijn er 2.388 aanvragen voor bijzondere bijstand ingediend. In 2020 is dit aantal gedaald naar 2.166. We zien met name een daling bij de aanvragen voor een individuele inkomenstoeslag, woninginrichting en de computerregeling. De computerregeling doordat scholen zelf meer computers hebben verstrekt en de bijstand een keer in de vier jaar wordt verstrekt.