Toelichting gewijzigde begroting 2024 - jaarrekening 2024

Beleidsdoel A

Tabel 43

Afwijkingen ten opzichte van de gewijzigde begroting
(bedragen × € 1.000; min = nadeel )

Baten

1. Projecten KSW en anterieure overeenkomsten

416

Overig

-104

Totaal Baten

312

Lasten

1. Projecten KSW en anterieure overeenkomsten

-416

Overig

156

Totaal Lasten

-260

Baten

1. Jaarlijks worden de niet afgesloten projecten van kleinschalige woningbouw (KSW) en anterieure overeenkomsten overgeboekt naar de balans. Deze mutatie verloopt zowel over de baten- als de lastenzijde en is per saldo neutraal (zie lasten).

Lasten

1. Zie voor een toelichting op de hogere lasten projecten kleinschalige woningbouw en anterieure overeenkomsten de toelichting opgenomen bij de baten.

Beleidsdoel B

Tabel 44

Afwijkingen ten opzichte van de gewijzigde begroting
(bedragen × € 1.000; min = nadeel )

Baten

1. Grondexploitaties

-7.900

Overig

-7

Totaal Baten

-7.907

Lasten

1. Grondexploitaties

1.890

Overig

2

Totaal Lasten

1.892

Baten

1. De lagere baten ten opzichte van de begroting (standlijn tMPG 1 juli 2024) worden veroorzaakt door € 4,9 miljoen lagere omzet bij de grondexploitaties. Daarnaast is er zo'n € 1,8 miljoen meer aan voorzieningen vrijgevallen. Tevens is er € 4,8 miljoen minder RIH bijdrage ten behoeve van de anterieure overeenkomsten ontvangen dan begroot. In het MPG met de standlijn 1 januari 2025 worden deze punten ook toegelicht. Deze lagere baten worden, evenals de lasten, geactiveerd op de balanspost voorraden en vallen binnen de geautoriseerde budgetten.

Lasten

1. De lagere lasten ten opzichte van de begroting (standlijn tMPG 1 juli 2024) worden veroorzaakt door € 4,3 miljoen lagere uitgaven bij de grondexploitaties. Daarnaast is er voor de grondexploitaties extra in de voorzieningen gestort voor een bedrag van € 2,5 miljoen. In het MPG met de standlijn 1 januari 2025 worden deze punten ook toegelicht. Deze lagere lasten worden, evenals de baten, geactiveerd op de balanspost voorraden en vallen binnen de geautoriseerde budgetten.

Beleidsdoel C

Tabel 45

Afwijkingen ten opzichte van de gewijzigde begroting
(bedragen × € 1.000; min = nadeel )

Baten

1. Leges Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

-5.303

Overig

0

Totaal Baten

-5.303

Lasten

Overig

182

Totaal Lasten

182

Baten

1. Bij het prognosticeren van het legesresultaat werken we met scenario's. De verwachting was dat het resultaat hoger uit zou vallen dan daadwerkelijk is gerealiseerd (€ 2,3 miljoen). Dit is te verklaren doordat er door de invoering van de Omgevingswet per 1 januari 2024 onzekerheden waren met betrekking tot de inkomsten van leges uit aanvragen voor vergunningen op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Aan het einde van vorig jaar zijn er net voor het ingaan van de Omgevingswet nog veel aanvragen onder het oude regime gedaan waardoor er in 2024 minder leges zijn verantwoord.

Doordat de OD NZKG in de tussentijdse rapportage, die door ons voor de legesprognose is gebruikt, een aantal legeszaken niet juist gerapporteerd heeft zijn de legesopbrengsten lager uitgevallen dan de prognose. Dit komt door het onterecht rapporteren van de leges van Hyde Park (€ 1,05 miljoen) die de OD NZKG al in 2023 had afgehandeld. Verder was het legesplafond voor Schiphol door de OD NZKG niet toegepast, terwijl dit voor de aanvragen van Schiphol die in 2023 gedaan zijn al wel bereikt was (€ 681.000). Tevens had de OD NZKG een dossier onterecht in het onderhanden werk van Haarlemmermeer gerapporteerd, terwijl dit een dossier van de provincie Noord Holland bleek te zijn (€ 650.000).

Bij toetsing van een dossier door de OD NZKG bleek dat de aanvrager een te hoog bedrag aan bouwkosten had opgegeven. Uit de toetsing bleek dat in dit bedrag onterechte kosten waren opgenomen, die niet in de bouwsom waarop de legesbedragen worden gebaseerd thuishoren. Hierdoor is de geprognosticeerde legesaanslag verlaagd met € 430.000.
Verder is het onder handen werk bij de OD NZKG op diverse projecten met kleinere bedragen aangepast (per saldo circa € 200.000).

Beleidsdoel D

Tabel 46

Afwijkingen ten opzichte van de gewijzigde begroting
(bedragen × € 1.000; min = nadeel )

Baten

1. Klimaatmiddelen Rijk

-512

2. Aanpak energiearmoede

-501

3. Lokale aanpak isolatie

-100

Overig

-113

Totaal Baten

-1.226

Lasten

1. Klimaatmiddelen Rijk

512

2. Aanpak energiearmoede

501

3. Lokale aanpak isolatie

100

Overig

169

Totaal Lasten

1.282

Baten

1. De geplande herinrichting van het proces van dienstverlening door het Energieloket Haarlemmermeer heeft meer tijd in beslag genomen dan van tevoren ingeschat. Daardoor konden bepaalde projectactiviteiten pas later in het jaar starten en kunnen sommige onderdelen pas in 2025 van start. Daarnaast is door onderbezetting minder ingezet op communicatie. Hierdoor hebben wij minder middelen uit de Tijdelijke regeling capaciteit decentrale overheden voor klimaat- en energiebeleid besteed.

2. De bestedingstermijn van de Specifieke Uitkering Aanpak Energiearmoede is verruimd van 2025 naar 2028. Daarom is ervoor gekozen een deel van de in 2024 geraamde middelen nog niet te besteden. De resterende middelen worden ingezet in 2025, 2026 en 2027 om zo een geleidelijke verdeling van hulp voor inwoners met energiearmoede te kunnen bieden.

3. Wij hebben in 2024 een groot deel van de middelen uit de Specifieke uitkering lokale aanpak isolatie niet kunnen besteden. In december hebben wij de subsidieregeling vastgesteld. Na vaststelling hebben we gewerkt aan de uitwerking van de werkprocessen, zoals IT en privacy, met de externe leveranciers en de communicatieaanpak om de doelgroepen te bereiken. Het uitbetalen van de leverancier kan pas wanneer wij alle details rondom IT en privacy hebben uitgewerkt. De verwachting is dat wij in 2025 kunnen starten met de besteding van de middelen.

Lasten

1. Zie voor een toelichting op de lagere lasten klimaatmiddelen Rijk de toelichting opgenomen bij de baten.

2. Zie voor een toelichting op de lagere lasten aanpak energiearmoede de toelichting opgenomen bij de baten.

3. Zie voor een toelichting op de lagere lasten lokale aanpak isolatie de toelichting opgenomen bij de baten.

Reserves

Tabel 47

Afwijkingen ten opzichte van de gewijzigde begroting
(bedragen × € 1.000; min = nadeel )

Begroting

Werkelijk

Verschil

Onttrekking

Algemene reserve grondzaken

3.124

5.173

2.049

Programma Stadscentrum Hoofddorp

99

0

-99

Ruimtelijke Investeringen Haarlemmermeer (RIH)

4.109

4.109

0

Schaalsprong

1.581

1.399

-182

Totaal Onttrekking

8.913

10.681

1.768

Storting

Algemene reserve grondzaken

3.464

5.721

-2.257

Dekking afschrijvingslasten

1.332

1.332

0

Programma Stadscentrum Hoofddorp

2.845

2.845

0

Ruimtelijke Investeringen Haarlemmermeer (RIH)

8.201

3.106

5.095

Schaalsprong

2.204

2.232

-28

Totaal Storting

18.045

15.235

2.810

Onttrekkingen

Algemene reserve grondzaken

Voor nadere informatie over de onttrekkingen en stortingen aan en in de Algemene reserve grondzaken verwijzen wij naar het Meerjarenperspectief Grondzaken (1 januari 2025). Bij de balans is een toelichting opgenomen op de mutaties van deze reserve.

Stortingen

Algemene reserve grondzaken

Voor nadere informatie over de onttrekkingen en stortingen aan en in de Algemene reserve grondzaken verwijzen wij naar het Meerjarenperspectief Grondzaken (1 januari 2025). Bij de balans is een toelichting opgenomen op de mutaties van deze reserve.

Ruimtelijke Investeringen Haarlemmermeer (RIH)

Het verschil tussen de geraamde en gerealiseerde stortingen komt doordat bij woningbouwontwikkelingen de RIH-bijdrage wordt afgerekend op moment dat het ruimtelijke besluit, het bestemmingsplan, of het ruimtelijke besluit/omgevingsvergunning er ligt. Dit zorgt soms voor niet voorziene vertraging door bijvoorbeeld bezwaar- of beroepprocedures maar er kan ook versnelling optreden wanneer er meer wordt verkocht door de ontwikkelaar waardoor een project eerder van start gaat en daarmee ook de bijdrages voor de RIH geïnd kunnen worden.

Reserve schaalsprong

De raad heeft op 4 juli 2024 de motie “DingDong geef helderheid in de Schaalsprong” aangenomen, waarbij één van de verzoeken was om door middel van een eenvoudige infographic de bestedingen vanuit de schaalsprong Wonen inzichtelijk te maken en daarbij onderscheid te maken naar gebieden/kernen.

Bij deze jaarstukken maken we de bestedingen inzichtelijk over het jaar 2024. Bij de aankomende investeringsanalyse en het Strategisch perspectief investeringen voorjaar 2025 kijken we verder vooruit.

Conform eerdere besluitvorming kunnen, naast de reserve RIH en de stelpost schaalsprong wonen (kapitaallasten), uit de Reserve schaalsprong zowel infrastructurele maatregelen als groenvoorzieningen, maatschappelijke voorzieningen en exploitatietekorten van aangekochte panden worden bekostigd. Voorwaarde hierbij is dat de kosten het gevolg zijn van de groei van onze gemeente met woningbouw.

De stand van de Reserve Schaalsprong bedraagt per 31 december 2024 € 8,4 miljoen.

De uitgaven in 2024 bedragen in totaal € 1,4 miljoen en zijn in onderstaande grafiek inzichtelijk gemaakt naar de kernen.

Figuur 24