Ontwikkeling indicatoren

De hiervoor beschreven ratio's geven het volgende beeld:

Netto schuldquote

Realisatie 2021

Raming PB2022

Raming NJR2022

Realisatie 2022

88,4%

110,6%

85,0%

79,3%

Lasten schuldpositie

Realisatie 2021

Raming PB2022

Raming NJR2022

Realisatie 2022

9,5%

9,5%

8,3%

8,3%

Solvabiliteit

Realisatie 2021

Raming PB2022

Raming NJR2022

Realisatie 2022

34,3%

29,8%

34,3%

34,7%

Conclusie

Twee ratio's staan op groen en één op oranje. Ten opzichte van de prognoses in de Najaarsrapportage 2022 is met name de netto schuldquote lager uitgevallen. Ook ten opzichte van de cijfers uit 2021 valt de netto schuldquote lager uit . De lagere schuld heeft meerdere oorzaken. Ten opzichte van de aannames in het Meerjarenperspectief Investeringen najaar 2022 is er € 30,0 miljoen minder geïnvesteerd. Verder resteert er van het krediet van € 10 miljoen voor strategische aankopen van grond in 2022 een saldo van € 9,5 miljoen. De schuld wordt ook beïnvloed door de ontwikkeling van andere balansposten, waarbij met name de vlottende activa en vlottende passiva moeilijk tot niet beïnvloedbaar zijn. Zo is de post overlopende activa fors hoger dan aangenomen. Dit betreffen met name nog te ontvangen gelden in verband met de opvang van Oekraïners. Het percentage van de netto schuldquote is ook gunstiger door het zogenoemde noemereffect. De baten (exclusief reservemutaties) waren in de Najaarsrapportage 2022 al hoger door de ontvangen compensatie voor de inkomstenderving uit 2020 en 2021 als gevolg van de coronacrisis. Ook in de jaarstukken vallen de totale baten ten opzichte van de raming in de Najaarsrapportage enkele miljoenen hoger uit. Dit wordt vooral veroorzaakt door een hogere uitkering uit het gemeentefonds bij de decembercirculaire 2022.

Naar aanleiding van de Notitie schuldpositie 2023 is de solvabiliteit met ingang van dit P&C product aan de kernindicatoren toegevoegd. Omdat er minder langlopende leningen zijn aangetrokken dan waarmee rekening werd gehouden, is het aandeel van het eigen vermogen ten opzichte van het totaal vermogen groter dan geraamd bij de Najaarsrapportage 2022. Daardoor valt de solvabiliteit enigszins positiever uit.

Met twee ratio's op groen is er geen reden om actief te sturen op de schuldontwikkeling. Toch blijft aandacht nodig. De uitgestelde investeringen worden op een later moment alsnog uitgevoerd en de verwachting is dat als gevolg van de schaalsprong Wonen het investeringsvolume zal stijgen. Verder laten de ontwikkeling op de geld- en kapitaalmarkt een stijging van de rentepercentages zien wat de ratio Lasten schuldpositie op termijn negatief kan beïnvloeden. Waarbij wel de kanttekening kan worden gemaakt dat in de meerjarenraming zoals opgenomen in de Programmabegroting 2023-2026 al rekening is gehouden met een hoger rentepercentage voor nieuw af te sluiten leningen. Hierdoor is het risico van hogere rentelasten beperkt.